Logo

Deel ziekenhuisopnames aan levenseinde te voorkomen

Een kwart van de huisartsen denkt achteraf dat een ziekenhuisopname aan het einde van het leven voorkomen had kunnen worden. In de laatste levensmaanden zijn benauwdheid, digestieve en cardiovasculaire problemen vaak reden voor een opname. Als er echter vooraf goede afspraken worden gemaakt, hoeft dit niet altijd te leiden tot een ziekenhuisopname. Dit blijkt uit onderzoek van gezondheidswetenschapper en verpleegkundige Ria de Korte-Verhoef. Zij promoveert 2 september bij VU medisch centrum.


Bekend is dat ruim de helft van de niet plotseling overleden patiënten in de laatste drie levensmaanden wordt overgeplaatst van thuis naar het ziekenhuis. We weten echter dat de meeste Nederlanders het liefst thuis willen blijven aan het levenseinde
Ria de Korte-Verhoef onderzocht de vermijdbaarheid van ziekenhuisopnames aan het einde van het leven. Op basis hiervan komt zij tot de volgende aanbevelingen om een ziekenhuisopname te voorkomen:

- Markeer dat de dood nadert en maak een omslag in het denken over verder verloop ziekte.
- Denk na over de inrichting van de acute behandeling en zorg aan het levenseinde.
- Start anticiperende gesprekken en interventies voor het omgaan met te verwachte problemen.
- Zorg voor ‘totale’ begeleiding en monitoring van patiënten en familie gedurende het ziekteproces, dus zowel somatische als psychisch.
- Regel continuïteit in zorg en behandeling thuis.

Toch blijft het moeilijk om ziekenhuisopname aan het levenseinde te voorkomen. Vanwege de complexiteit van de situatie rondom de patiënt: het onvoorspelbare ziektetraject, de veelal acute problemen van somatische of psychosociale aard en de interactie tussen professionals kan ziekenhuisopname toch nodig zijn.


Achtergrondinformatie (niet voor publicatie):
VU medisch centrum (VUmc) heeft als kerntaken patiëntenzorg, wetenschappelijk onderzoek en onderwijs & opleidingen. Zwaartepunten in zorg en onderzoek zijn: kanker en afweer, hersenen, bewegen, vitale functies en extramurale zorg. Jaarlijks worden ruim 55.000 patiënten opgenomen (al dan niet in dagbehandeling), bezoeken ruim 336.000 patiënten de polikliniek en 34.000 de spoedeisende hulp. Ongeveer 2.400 geneeskundestudenten volgen het medisch onderwijs. De resultaten uit het wetenschappelijk onderzoek worden jaarlijks in ongeveer 2.400 wetenschappelijke publicaties en rapporten gepresenteerd, waaronder ruim 100 promotieonderzoeken.